De overzijde van de laterale waterhindernis (sloot) die loopt langs de holes 5 t/m 12 en de holes 15 t/m 18 is buiten de baan (out of bounds).
Indien een bal terecht komt in de waterhindernis achter de green van hole 7 mag gedropt worden in de droppingzone, met een strafslag.
De vijver achter hole 18 is in zijn geheel een waterhindernis, de overzijde van de waterhindernis is buiten de baan (out of bounds). Indien een bal terecht komt in de waterhindernis achter de green van hole 18 mag gedropt worden in de droppingzone, met een strafslag.
De afslagplaats van elke hole is een rechthoekige strook, twee stoklengten diep, waarvan de voorkant en de zijkanten worden bepaald door de voorzijde en de buitenzijden van de mat.